Vergeven; een gevoel? Een keuze? Of een opdracht?


 

Het was vroeg in de morgen. De zon was nog niet opgekomen. Mijn man en de kinderen lagen nog in bed terwijl ik buiten liep om tijd met God te hebben. In de vroege ochtend, tijdens een ochtendwandeling of tijdens mijn workout heb ik tijd met God. Ik bid over alles wat mij bezig houdt op dat moment. Ik verbreek vloeken die over mijn huis, mijn gezin, mijn huwelijk zijn uitgesproken. Ik doe voorbede voor anderen. En ik stuur geesten weg. Ook neem ik de tijd om God te aanbidden en op Gods Woord te mediteren.

 

Deze morgen voelde mijn hart bezwaard. Ik zag de gebrokenheid in mijn relatie met mezelf, met God en met mijn medemens. En het raakte mij en ik bracht het bij God. Juist in deze periode, een periode gewijd aan gebed en vasten, was er een ongewilde relatiebreuk ontstaan. Mijn reactie op het gedrag van de ander heeft de relatiebreuk doen ontstaan. En ik voelde me machteloos, omdat ik deze relatiebreuk niet kon herstellen. De persoon in kwestie wilde mij niet meer zien en spreken.

 

Ik vroeg me af of ik me beter anders had kunnen gedragen. Ik vroeg me af wat ik eraan had kunnen doen om deze relatiebreuk te voorkomen. Ik vroeg me af waarom dit moest gebeuren op dit moment. Waarom juist nu, terwijl ik mijn tijd en aandacht wilde toewijden aan God en aan hen die Jezus nog niet kenden. Wat kon ik eraan doen?

 

Loslaten

Teruggeven aan God

Vergeven


Wat mij te doen stond? Vergeven, loslaten en terug geven aan God. Vergeven is niet iets wat een fijn gevoel geeft of je aan komt waaien. Het is een opdracht van God aan ons gegeven. Iets wat we moeten kiezen, iets om te gehoorzamen. Als we blijven steken in onze emoties en ons gevoel, dan willen wij de ander niet vergeven. Maar als we ons leven toewijden aan God en gehoorzaam willen zijn aan Zijn bevel, dan kiezen we voor gehoorzaamheid. Dan kiezen we voor toewijding, dan kiezen we om niet zelf rechter te zijn, maar om heel bewust het oordeel terug te geven aan God. Vergeven hoe doe je dat concreet? Ik weet niet of iemand jouw ooit verteld heeft hoe hij iemand bewust vergeeft? Ik heb nog nooit iemand ontmoet die mij verteld heeft hoe hij/zij anderen vergeeft. Daarom wil ik wel vertellen hoe ik iemand anders vergeeft.

 

Als God mij op het hart brengt dat ik iemand moet vergeven. Of als ik boos ben op iemand, dan weet ik zeker dat ik iemand iets moet vergeven. Het feit dat ik boos bent, geeft aan dat de ander mij geraakt heeft. En ik moet dan kiezen om de ander te vergeven. Omdat ik anders bitterheid, boosheid en haat in mijn hart krijgt. En God zegt daarover in Colossenzen 3:13  Verdraag elkaar en vergeef de een de ander, als iemand tegen iemand anders een klacht heeft; zoals ook Christus u vergeven heeft, zo moet ook u doen.

 

Hoe ik concreet vergeef: ik neem een wit papier en pen. En als iemand mij heel veel narigheid heeft bezorgd dan heb ik aan één papier niet voldoende, dan neem ik er meerdere mee. Ik schrijf de naam op van de persoon die ik moet vergeven. Vervolgens schrijf ik alle het slechte op, wat deze persoon mij gebracht heeft. Alles waarmee hij/zij mij heeft geraakt, gekwetst en pijn heeft gedaan. Daarna laat ik het papier liggen, om door de dag heen, terwijl ik over de situatie nadenk nog dingen toe te voegen. Als ik denk dat die papier alles bevat, waarover ik boos ben. Dan neem ik het papier mee naar buiten. Buiten bidt ik:

 

Heer,

U geeft mij de opdracht dat ik moet vergeven. Ik vind dat erg moeilijk want deze persoon heeft mij heel veel pijn gedaan. Hier heb ik het papier met alles wat hij/zij mij heeft aangedaan. Ik ken de motivatie van deze persoon niet. Ik ken zijn gedachten niet. En ik weet niet waarom hij/zij dat heeft gedaan. Maar u kent hen wel. U doorgrond hun hart en kent hun gedachten. En U kent de mijne. Ik kies vandaag om deze persoon te vergeven en alles wat hij mij heeft aangedaan. Ik geef deze persoon terug aan U. Oordeel maar over hen. Ik laat het los. Ik kies voor vergeving. Daarom verbrand ik nu het papier, zodat het niet meer zichtbaar is, wat deze persoon mij heeft aangedaan. Zoals U mij vergeven heb, vergeef ik hen. Zegen deze persoon. Open zijn ogen. Geef dat hij/zij in relatie met U zal gaan leven. Geef dat ze Uw vrede mogen leren kennen en aanvaarden. Help mij, als ik deze persoon weer onder ogen te komen. Help mij om mezelf te zijn. Amen

 

Vervolgens steek ik de papieren in brandt. Dat laat zien zoals God mij vergeven heeft, ik ervoor kies om deze persoon zijn misdaden te vergeven. Van het papier wat volgeschreven stond met misdaden, blijft niets anders over dan alleen maar zwarte koolresten.

 

Ik heb gekozen voor vergeven. Mijn weg tot de Vader is vrij. Maar dat houdt niet in, dat op het moment dat ik deze persoon weer onder ogen komt, dat de relatie hersteld is. Dat alles maar weer was zoals het was. Nee, wat God betreft en Zijn vergeving aan ons is dat wel zo. Maar wat ons en onze relatie met anderen betreft, kan het wezen dat er geen relatieherstel optreed in dit leven. Dat we wel de ander hebben vergeven, maar dat het niet meer mogelijk is om de relatie te herstellen. Het kan ook wezen dat jij die persoon wel hebt vergeven, maar de ander jou niet. Dit zullen we moeten accepteren, loslaten en teruggeven in Gods handen. En het kan wezen dat je later nogmaals moet kiezen om dit proces te herhalen. We zijn gebroken mensen en doen anderen (on) bewust wel eens pijn. Wij moeten daarentegen kiezen voor vergeving en dit proces meedere keren herhalen. 

 

En toen kwam ineens mijn helper. Mijn helper is een lieve vrouw, een vrouw naar God hart. Ze probeert te leven zoals God het wil. Zij kwam naar mij toe met een verhaal over de helper van mijn vriendin. Volgens die helper, de vriendin van mijn helper, had mijn vriendin haar onjuist bejegend. Ik was verbaasd. Want mijn vriendin is een vrouw naar Gods hart. Zij is toegewijd aan God. En ik kon me dat nieuws niet zo goed voorstellen. Mijn helper vroeg of ik misschien aan mijn vriendin wilde vragen wat er gebeurd was. Ik appte mijn vriendin en zei: “Ik heb net iets over jouw gehoord en zou dat graag met jouw willen bespreken.” Die middag ontmoette ik mijn vriendin. Ik vertelde haar wat mijn helper mij had verteld over haar en haar helper en benoemde daarbij dat ik mij dat niet zo goed kon voorstellen en dat ik daarom bij haar kwam om te vragen wat er gebeurd was. Wat mij vriendin vertelde; was mijn ochtendworsteling. Zij had zichzelf dezelfde vragen afgevraagd. Waarom gebeurd dit nu? En waarom moest dit gebeuren? Het antwoord is, omdat de duivel ons wil ontmoedigen en wil dat we opgeven. Omdat de duivel onze vreugde wil stelen. Omdat de duivel wil dat we kiezen voor het “foute en kwade”, voor “niet vergeven”, voor “kwaadspreken en kwaad doen” in plaats van het goede. Om schade aan te brengen aan het Koninkrijk van God. Mijn vriendin zei: “Toen jij me vanmorgen appte demonstreerde jij mij 1 Petrus 3:16. Dankjewel daarvoor. Dankjewel dat jij het geroddel niet aannam maar na mij toe kwam om te vragen wat er was gebeurd. Dankjewel dat jij mijn wandel met God hebt opgemerkt.” Ik wil dit gedeelte afsluiten met 1 Petrus 3:8-17. Laten we proberen zo te wandelen!

 

1 Petrus 3:8-17 ‘Ten slotte, wees allen eensgezind, vol medeleven, heb de broeders lief, wees barmhartig en vriendelijk. Vergeld geen kwaad met kwaad of laster met laster, maar zegen daarentegen, omdat u weet dat u daartoe geroepen bent, opdat u zegen zult beërven. Want wie het leven wil liefhebben en goede dagen zien, die moet zijn tong weerhouden van het kwaad, en zijn lippen van het spreken van bedrog; die moet zich afkeren van het kwaad en het goede doen; die moet vrede zoeken en die najagen. Want de ogen van de Heere rusten op de rechtvaardigen, en Zijn oren zijn gericht op hun gebed; maar het aangezicht van de Heere is tegen hen die kwaad doen. En wie is het die u kwaad zal doen, als u navolgers bent van het goede? Maar als u ook zou moeten lijden vanwege de gerechtigheid, dan bent u zalig. En wees niet bevreesd zoals zij bevreesd zijn, laat u niet in verwarring brengen, maar heilig God, de Heere, in uw hart; en wees altijd bereid tot verantwoording aan ieder die u rekenschap vraagt van de hoop die in u is, met zachtmoedigheid en ontzag. En heb een goed geweten, opdat in datgene waarin zij kwaad van u spreken als van kwaaddoeners, zij beschaamd gemaakt worden die uw goede levenswandel in Christus belasteren. Want het is beter te lijden – als God dat wil – terwijl u goeddoet dan terwijl u kwaad doet.’

Reacties